De culturele en kerkelijke context, waarin beide religieuze vrouwen leefden, verschilt grondig van die uit onze huidige leefwereld. Daarom leek het ons aangewezen om in een wekelijkse bijdrage de kerstening en religieuze ontwikkelingen in de omgeving van het latere Maaseik te schetsen.
In 2018, 2019 en 2020 heeft de heer Bert Mersch in De Maaseikenaar in zeven afleveringen het leven van de heilige Harlindis en Relindis uitstekend beschreven. Zijn onderzoekingen en analyse kunnen we goed gebruiken, wanneer we de geschiedenis van beide heilige vrouwen plaatsen in de brede kerkelijke geschiedenis. We vinden ook heel wat informatie terug op website www.harlindisrelindis.be die we bij deze graag aanbevelen. 1. Onze streek was onbekend met het vroege christendom In het jaar 58 voor Christus veroverde Julius Caesar Gallië. Ten zuiden van de Seine woonden Galliërs , ten noorden daarvan tot aan de zee en de Rijn woonden talrijke stammen, die hij Belgae noemde. Zo bijvoorbeeld de Eburonen, die zich hadden gevestigd in het vruchtbare Haspengouw, in 'Limburg' en over de Maas tot aan de Rijn. We weten niet precies of zij een Keltische of een Germaanse oorsprong hadden. De stam werd door Caesar gedeeltelijk vernietigd. Werden de overlevenden opgenomen door de Tungri of de Texuandri? Er is over die tijd weinig bekend. Ten tijde van keizer Augustus (63 voor Chr. - 14 na Chr.) was Belgica een zelfstandige Romeinse provincie, met Reims als hoofdstad. Omstreeks het jaar 90 werd het oostelijk deel van deze provincie afgescheiden om er een nieuwe provincie van te maken, met als naam Germania Secunda en met Keulen als hoofdstad. De provincie werd verder ingedeeld in civitates, eveneens met hoofdsteden. Heirbanen verbonden de verschillende hoofdsteden. In het Romeinse Rijk werd het geloof van de christenen (nog) niet geapprecieerd. Integendeel, van tijd tot tijd werden zij vervolgd. We weten er niet zo heel veel over te vertellen, tenzij uit de verhalen die in de loop der eeuwen werden aangedikt. Blijven hangen is het woord van Tertullianus ( + ca. 160): semen christianorum est sanguis martyrum (het bloed van de martelaren is het zaad van de christenen). Een martelaar was iemand die zijn lot afhankelijk maakte van de wil van God en desnoods kwellingen en de dood doorstond om zijn geloof niet te verzaken. Onder een aantal Romeinse keizers vonden omvangrijke christenvervolgingen plaats, bijvoorbeeld onder Trajanus (keizer van 98-117), Decius (keizer van 249-251) en Diocletianus (vervolgingen van 303 tot 305). De groei van de christelijke kerk ging echter verder. Het vroege christendom was sterk beïnvloed door het apocalyptisch denken van de joodse godsdienst. Door de vervolgde christenen werd een tweede komst van Christus, de Messias, verwacht, waarna de Romeinse staat in een brandend meer zou vernietigd worden. Dan zou het duizendjarig rijk volgen van Christus. Later tijdens het eerste millennium, werd het Laatste Oordeel verwacht en het Nieuwe Jeruzalem, dat zou neerdalen uit de hemel. De christenen in de eerste eeuwen wensten door vijf gebedstijden (twee gemeenschappelijke en drie private) de gehele dag te heiligen. De inhoud van de twee gemeenschappelijke gebedstijden werd gevormd door: Schriftlezingen, het zingen van psalmen en hymnen, een onderrichting en een vermanend woord en soms de viering van de Eucharistie. Bij de drie private gebedstijden was een gedachtenis aan het lijden en de Kruisdood van Christus opgenomen. Roger Janssen, kruisheer pastoor-moderator pastorale eenheid Harlindis en Relindis
0 Comments
Leave a Reply. |
NieuwsLangs deze weg willen we u informeren over wat er leeft in onze parochies. (Her-)Abonneren
Dossiers
All
Archieven
February 2024
|