Hij moest echter onverrichterzake terugkeren. Toen hij tot abt in Nuthcelle werd gekozen, weigerde hij de keuze aan te nemen, omdat hij anders ter plaatse zou moeten blijven. Hij vertrok naar Rome waar paus Gregorius II (715-731) zijn onderneming zegende. In 722 was hij actief in Thüringen en ging Willibrord helpen, die erin geslaagd was enkele Friezen te bekeren. Datzelfde jaar keerde hij terug naar Hessen en stichtte er verschillende kloosters. In 722 reisde hij opnieuw naar Rome, waar hij bisschop gewijd werd. Terstond keerde hij terug naar Hessen en Thüringen om er het werk van kerstening voort te zetten. In 732 benoemde paus Gregorius III (731-741) hem tot aartsbisschop van het hele Germaanse missiegebied, met zetel in Mainz en met de opdracht de hiërarchie op te richten. Angelsaksische medebroeders snelden Bonifatius ter hulp en werden geplaatst op de zetels van o.a. Mainz en Würzburg.
Het beroemdste klooster dat door Bonifatius werd gesticht dankt zijn ontstaan aan de vasthoudendheid van zijn leerling Sturmius (705-779). Van Bonifatius had hij de toestemming verkregen om met twee gezellen als kluizenaar te gaan leven. Later, in 744, vestigde Sturmius zich met acht gezellen in het midden van de bossen en stichtte er de abdij van Fulda. In 747 stuurde Bonifatius zijn leerling Sturmius naar Italië voor een bezoek aan Monte Cassino. In 751 kwam de abdij van Fulda op geestelijk gebied direct onder de paus. In 770 telde ze zevenhonderd monniken die erin slaagden de Saksen te bekeren. Bonifatius was een voorvechter van de rooms-katholieke traditie en keerde zich tegen het halfslachtige en corrupte christendom van de Franken. Hij hield niet van de levensstijl van de bisschoppen en priesters van de Frankische kerk. Hun zucht naar luxe en genot, het gehuwde priesterschap en het benoemen van verwanten op belangrijke posities waren hem een doorn in het oog. Maar vooral zag Bonifatius de kerk het liefst binnen de directe jurisdictie van Rome. Met steun van Carloman (ca. 715-754) hield hij in 742 het concilium Germanicum, waarbij Bonifatius aangesteld werd als hoofd van de Austrasische Kerk, aartsbisschop en gezant van Petrus. Bonifatius was graag bisschop van Keulen geworden. Dat lukte hem niet. Hildegar werd in 747 bisschop en maakte onmiddellijk aanspraak op de Utrechtse kerk. Door het schrijven van een brief aan paus Stefanus II (752-757) lukte het Bonifaties in 752/753 de Utrechtse kerk uit handen van Keulen te houden. In 754 trok de toen al oude Bonifatius naar de Friese stad Dokkum om daar nog eens te proberen de Friezen te dopen. Maar een groep rovers overviel 's ochtends de slaapplaats van Bonifatius. Tevergeefs probeerde hij zich te beschermen door een groot dik boek boven zijn hoofd te houden: hij werd gedood. Na zijn dood werd Bonifatius door de kerk vereerd als heilige Sint- Bonifatius. Afgezanten van bisschop Lull, de opvolger van Bonifatius in Mainz, kwamen het stoffelijke overschot opeisen in Trecht (Utrecht). De relieken van Bonifatius’ lichaam zijn in de loop der eeuwen vervolgens vanuit Fulda over heel Europa verspreid geraakt. Meestal wordt hij voorgesteld als bisschop, maar soms ook als monnik in zwart habijt. Een dolk of zwaard in de hand of door een boek gestoken wijst op zijn marteldood in 754 in Dokkum tijdens de zending in Friesland. Hij wordt beschouwd als ontginningsheilige en daarom ligt er meestal een boomstronk en/of een bijl aan zijn voeten, die verwijzen naar omgehouwen (Wodan)eiken. Andere attributen zijn een knots, een staf, een raaf, een gesel, een wiel (het stadswapen van Mainz). Bonifatius is de patroonheilige van de boekhandelaars, transporthandelaars en kleermakers. Zijn feestdag is 5 juni. Men mag hem niet verwarren met de heilige Bonifatius van Tarsus (+ 307), de ijsheilige, wiens feestdag op 14 mei valt. Nog andere missionarissen werkten in de omgeving van Duitsland. Pirminus (ca. 670-753) was een van hen. Toen de islamieten bijna heel het schiereiland Iberië bezetten, reisde hij naar het noordelijk deel van het huidige Zwitserland, Beieren, de Elzas en Zwaben. Hij stichtte er talrijke kloosters. Tegen het begin van de negende eeuw waren alle oude kloosters geplaatst onder de regel van de heilige Benedictus. Hetzelfde gold voor alle nieuwe kloosters. Roger Janssen, kruisheer pastoor-moderator pastorale eenheid Harlindis en Relindis - Maaseik
0 Comments
Leave a Reply. |
NieuwsLangs deze weg willen we u informeren over wat er leeft in onze parochies. (Her-)Abonneren
Dossiers
All
Archieven
February 2024
|